Hola daar!
Ik zit hier nu in de tuin met op de achtergrond het geluid van de vogels, hanengekraai, een verre kettingzaag, stemmen van voetgangers en af en toe een op de hobbelweg voorbijrijdende auto.
Het is zomer; zo noemen ze hier het droogseizoen meer dan eens. En eigenlijk hoort het 'droger' seizoen te noemen, want gelukkig regent het af en toe nog wel. Nu is het al een aantal weken geleden en dat merk je aan het overtollig stof dat bij de minste beweging opwaait, dus het is nodig dat het nog eens regent.
De kerstperiode verliep hier minder spectaculair dan ik verwacht had. Aangezien begin december al de kerstversiering overal uithing en een kerststoet door het centrum flaneerde, dacht ik dat kerst een feest van jewelste zou worden. Ze kennen hier zeker iets van feesten, maar Kerstmis vond ik maar poverkes. Het is zoals bij ons wel een familieding met traditionele maaltijden en cadeaus, maar veel echt bijzonders heb ik niet gemerkt. Ik was zelf natuurlijk elke dag aan het werk omdat het een drukke periode was in de Tree House, maar net zoals in de Tree House moest ook voor de rest van Santa Elena de show doorgaan. Tja, we leven hier van het toerisme en toerisme kent geen verlof :). De Tree House had wel voor een grote kerststal vooraan aan de deur gezorgd. Van mijn 'mammie' hier (de huisbazin, Amelia, die beslist heeft dat ik haar adoptiekind ben) heb ik voor kerst een kettinkje en oorbelletjes cadeau gekregen. Met de saloneros in de Tree House hebben we ook cadeaus uitgewisseld en bijhorend goed gefeest. En van de nachtwaker van de Tree House heb ik twee heerlijke 'tamales' cadeau gekregen. Tamal is een zeer typisch gerecht bestaande uit vlees en groenten gewikkeld en gekookt in grote groene bladeren (eventueel ook kaas, naar believen).
Oudjaar was wel een dikke party. Ikzelf moest werken tot 1h 's nachts omdat de bazen een groot feest wilden met typische muziek, dansen en eten. Deze vier Tico's bespelen drie keer per week de marimba (of xylofoon) in de Tree House en ook met oudjaar waren ze van de partij:
De keet zat vol dus het was leuk werken en de toeristen lieten het geld rollen. Erna ben ikzelf nog even het feest in Bar Amigos (beter bekend als 'el bar') gaan checken. Daar was de dansvloer overbevolkt, maar ik ging "op tijd" slapen om de volgende dag weer relatief fris aan de deur van de Tree House te staan. Wel leuk te merken dat ze hier meestal 'feliz año' zeggen in plaats van 'feliz año nuevo'.
Voor de rest gaat het hier goed. Ik ben nu echt op mijn gemak en geniet van de kleine dingen van alledag. Ik voel me dagelijks een beetje Amelie Poulain als ik 's morgens het plakkaat met 'Musica en vivo. Esta noche' buiten zet en de bediende van de winkel naast de Tree House groet. Hoewel ik enigszins in een dipperiode zit op het werk. Enerzijds is het de ideale job om hier te hebben: ik verdien goed, ik begin pas om 11h dus kan uitgaan zonder de volgende dag uitgeput te zijn, ik heb een heel easy jobke en kan de hele dag babbeltjes doen, het is zalig aan de deur te staan met dit weer, goeie sociale zekerheid, de bazen zijn relatief te pruimen, ik kan hard lachen met sommige van mijn compañeros, we hebben telkens goeie muziek draaien en het is leuk dat we elke avond live muziek hebben, de toeristen weten het magische van de Tree House heel goed te appreciëren en wijzen me er vaak op hoe speciaal het is, ... Maar toch dacht ik er vorige week even over om uit te kijken naar iets anders. Die split shift (twee keer 4 uur per dag met 3 uur pauze tussenin) geeft me het gevoel dat ik de hele dag aan het werk ben omdat ik weinig vrije tijd heb, de sfeer onder de compañeros is minder positief dan initieel gedacht omdat sommige van de jongens alsook dé grote baas behoorlijk onrespectvol naar anderen toe uit de hoek kunnen komen, de werklust onder de saloneros is ook beduidend laag en dat werkt demotiverend. Daarnaast is de communicatie naar de werknemers toe penibel. Elke job heeft zijn nadelen natuurlijk en nu de laatste dagen weet ik de voordelen opnieuw weer hard te appreciëren en probeer ik mijn aandacht daarop te focussen. Ik wil ook niet halsoverkop de vele voordelen zomaar opgeven voor iets meer onzeker, maar hou alleszins de optie open om op zoek te gaan naar iets anders als ik er ongelukkig van zou worden. Voorlopig voel ik weliswaar telkens een vleugje trots als ik 's morgens binnenkom, mijn uniform aantrek en me op mijn vaste post plaats, klaar om ieder voorbijganger te begroeten:
Van welke kant je het centrum van Santa Elena ook komt ingereden of -gewandeld, de Tree House zie je al van ver fier haar weelderige kruin tentoon stellen:
Op deze foto zie je het centrum. Het grote gebouw achteraan met rechts twee grote ramen in rondbogen en links een gigantische boom temidden van het gebouw, is de Tree House. Nu is de boom extra mooi, want sinds 2 weken staat hij vol met verse groene blaadjes. Je merkt het, zo simpel is het niet om deze bijzondere plek te verlaten.
In mijn vrije tijd heb ik eindelijk de natuur van Monte Verde beter verkend.
Een voettochtje van niets bracht me bij dit mooi watervalletje:
Ik moet wel wat geduld hebben om de toerist uit te hangen hier, want doordat iedereen in toerisme werkt en ik stilaan meer mensen begin te kennen, kan ik gratis een aantal van de mooiste plekjes bezoeken. Ik heb vandaag vrij en wou een coffee tour doen, maar ik hang af van de mensen die me uitnodigden en het is er helaas niet van gekomen, dus heb vandaag niets toeristisch gedaan. Alles kost hier echter zoveel dat het loont geduld op te brengen.
Een canopy heb ik al wel achter de rug, namelijk de oorspronkelijke. De 'canopy original' is ontstaan vanuit de idee dat het de moeite waard zou zijn de cloud forest vanuit een ander - hoger dus - perspectief te kunnen bekijken. De originele canopy gaat niet om de kick, maar om meer over de natuur te leren en te genieten van het bos. Hoewel de 'tarzanswing' wel simpelweg een superleuk vlindergevoel gaf:
Voor de rest geniet ik hier van de gewone dingen des levens: mijn dagelijkse ochtendrun, de zon op mijn snoet, boodschappen doen, douche nemen, de glimlach van een vriendelijke madam, de geur van de zomer en natuurlijk jullie e-mails (heel hard bedankt daarvoor!!). En elke dag kijk ik uit naar mijn lunch die ik meestal consumeer in één van de soda's (een plaatselijk restaurantje met typisch eten, meestal uitgebaat door een gezin). Ook ben ik content met 'mijn familieleven' hier. Mijn huisbazin - a.k.a adoptiemoeder - verwent me rot. Ze geeft me regelmatig iets om te bikken zoals groenten, desserts, gebakken vis, soep en soms zelfs een cadeautje. Ze doet mijn was twee keer per week en soigneerde me goed toen ik in de week ziek was. Het is altijd gezellig om er een babbeltje te gaan doen in de keuken en ook tijdens de dag als we elkaar buiten tegenkomen, is 'Mamelia' (samenvoeging van 'mammie' en 'Amelia') steeds te vinden voor een babbeltje en een grapje. Mede dankzij haar en de gezelligheid van de buurt, voel ik me hier goed thuis. Dat kan moeilijk anders in zo'n gezellig straatje:
Verder ontdek ik regelmatig nieuwe soorten fruit zoals manzana de agua (een soort waterig, zacht, rood miniappeltje), pipa (zoals kokosnoot, maar met veel meer melk), jocote (lijkt op niets dat wij kennen, maar is klein, zacht, groen, rood, sappig en zoet). Wat dierlijk wild betreft ben ik een tweetal weken geleden een dode slang van meer dan een halve meter lang en zo'n vier centimeter doorsnee tegengekomen. En luiaards, sloths of perezosos komen in ons straatje regelmatig de koelte van de bomen opzoeken. Ze zijn super behaard, traag en hebben vaak een groene schijn door de algen van de boom omdat ze zo lang op één plek blijven. Slechte foto, maar dit pluizige dier is een vrouwtje met haar kind en heeft intussen al een naam in de straat gekregen omdat ze steeds terugkomt:
Ik heb trouwens intussen een uitleg gevonden waarom Costa Ricanen 'Tico' genoemd worden. Ze noemen zichzelf ook zo. Verkleinwoorden eindigen normaal gezien in het Spaans op '-ito'. Maar hier in Costa Rica maken ze daar '-tico' van. Zo noemt Cándidad (de uitbaatster van de soda hier vlakbij waar ik vaste klant ben) me steevast 'mi chiquitica'. Wikipedia geeft als tweede verklaring dat 'tico' een afkorting is voor 'hermanitico' of kleine broer; zo spraken ze elkaar vroeger met wederzijds respect aan.
Het is best fascinerend hoe trots ze hier op hun land zijn. Ze worden het niet snel beu over hun eigen land te praten, over de goede mensen en de prachtige natuur. T-shirts met foto's, tekeningen en opschriften als 'Costa Rica. Pura Vida' worden hier even gretig gekocht door Tico's als door toeristen. En het valt me op hoe vaak ze hier zeggen dat ik al 'bijna Tica ben'. Vrienden willen me ook 'Tica maken'. Ik weet niet juist van waar die behoefte komt (super interessant antropologisch onderzoek waard!), maar blijkbaar is het een verdienste als ik uiteindelijk ga kunnen zeggen dat ik Tica ben. Als ik iets in het Pachuco zeg, worden ze helemaal gek. Dat vinden ze geweldig, dan zeggen ze dat ik 'als een Tica ben'. Pachuco is een soort slang volgens mij, maar niet echt, want je verstaat er echt niets van, ook al ken je Spaans. Je moet het Pachuco kennen om te kunnen begrijpen. Het is een soort 'coolere' taal, maar niet noodzakelijk vulgair terwijl slang volgens mij wel vaker taboeonderwerpen betreft.
En om af te sluiten een mooie foto:
Kus,
Kaat